dinsdag 14 januari 2020

De Noor

Hij kwam aanrijden met zijn camper toen wij er even niet waren en parkeerde hem net naast ons binnen het hekwerk. Wij stonden er buiten, op het parkeerplaatsje waar normaliter personenauto's geparkeerd kunnen worden, maar waar gezien het kleine aantal "normale" auto's ook de campers mochten parkeren. Toen de man ons in het vizier kreeg kwam hij op ons af en stelde op hoge toon, met een ietwat dubbele tong, dat wij daar niet mochten staan. Wij moesten binnen het hekwerk en het liefste een eindje verderop. Beleefd legde Derk hem uit wat de regels waren en dat wij daar al een weekje stonden met toestemming. Daar wilde hij niets van horen, begon steeds weer opnieuw met zijn betoog en dreigde te gaan praten met de receptie. Derk bleef zijn verhaal met een glimlach herhalen en ten einde raad betrok de man onze overburen in de discussie. Ton, onze overbuurman, zei hem precies hetzelfde en toen de man niet luisterde herhaalde hij zijn antwoord wat luider. Als door een wesp gestoken vroeg hij waarom Ton nou kwaad werd. Ton werd niet kwaad en probeerde dat duidelijk te maken. De man eindigde met de opmerking dat wij dan maar moesten blijven staan maar dat we geen enkel recht hadden om te klagen als hij zijn dieselkachel aan zou steken. Wat op zijn minst curieus was, gezien de staat van zijn hypermoderne wagen 😉 Op een inderhaast tevoorschijn gehaald fiets stoof de man, die uit Noorwegen bleek te komen, weg. In de loop van de avond kwamen ze één voor één binnen, de Noren, en parkeerden overal war ze konden staan. De volgende morgen stonden we middenin een Noorse enclave 🤣🤣 Helaas was de kwartiermaker er niet in geslaagd de groep aaneengesloten op de camping te krijgen maar stond er een Nederlandse camper tussenin...de Noor keurt ons geen blik meer waardig.. Geeft niet, we waren toch al van plan morgen te vertrekken.😉


Geen opmerkingen:

Een reactie posten